Al jaren werd er gesproken over het weekend
Limburg, dat na 2007 een stille dood was gestorven.
‘Dat moeten we weer eens doen’ was de reactie van
velen, maar wie pakte de handschoen op. Uiteindelijk
nam het bestuur in de vorm van Jaap en Erik het
voortouw en mailde de leden of er belangstelling
was. Schoorvoetend en polsend bij het ene en andere
fietsmaatje van ‘ga jij mee?’ druppelden de
aanmeldingen binnen. Drie huisjes waren er geboekt
op het oude vertrouwde park in Euverem en daar
melden zich negentien gegadigden voor. Jammer
voor Aart Koetsier, hij kon vanwege een onwillige
knie op het laatste moment niet mee, maar gelukkig
hoefde nu niemand meer op de bank te slapen.
Jean Bertram zou ons, net als vroeger, weer door het
Limburgse land en wijde omgeving leiden en een
aantal pittige klimmetjes voorschotelen. Daar had een
automobilist echter maling aan schepte onze gids die
daar een aantal gebroken ribben aan overhield en
voorlopig dus niet meer hoefde te fietsen. Gelukkig
heeft de techniek niet stilgestaan en hebben we
tegenwoordig niet alleen een digitale wegwijzer in
het koekblik maar ook op de tweewieler.
En gelukkig
voor de organisatoren had zich ene Sander P zich
aangemeld, en laat die nu zo’n ding hebben en daar
aardig de weg mee kunnen vinden.
Dus stonden er na een bezoekje aan het www al snel
een aantal routes op de PC die mij wel leuk leken,
klein probleem, er zijn zo veel leuke routes te vinden
daar. Limburgs mooiste en de WK toertocht voor dag
1 en dag 3 was ik snel uit, de zaterdag moest een
langere tocht worden, en dan het liefst langs Abdij
Val-Dieu was het verzoek. Jean had hetzelfde plan
uitgedacht en een digitale route gestuurd waar, naar
zijn zeggen, meer uitdaging in zat dan naar een route
naar Monschau.
Vrijdag 21 juni verzamelden zich een elftal fietsers
bij Jaap Fleming om na een heerlijk bakkie
gezamenlijk richting het zuiden te rijden. Nu is dat
niet zo heel erg moeilijk maar de vier chauffeurs
kregen het voor elkaar op verschillende tijdstippen en
ieder via een eigen route in het Limburgse aan te
komen. De slaapplaatsen werden verdeeld en we
togen naar het restaurant voor de traditionele koffie
met vlaai. We maakten weer kennis met beheerder
Hans en voelden ons er al snel weer thuis, er was
namelijk weinig veranderd in al die jaren, …….. zeg
maar niets.
Rond half twee verzamelden we in fietskleding en
vertrokken we met zon, maar tijdens de eerste beste
klim op de Koning van Spanje begon het al te
regenen, en die hield nog wel even aan. We besloten
door te fietsen maar is het toch een vreemde
kennismaking met de heuvels door in de regen de
Gulperberg af te dalen. Gelukkig was het niet koud
en werd er doorgereden totdat een half uurtje later de
sluizen iets verder opengingen en er even geschuild
werd.
Bij het oppikken van de route die de Garmin aangaf
leek het alsof die ons niet over de weg maar door
rivieren stuurde. Snel stromend water kwam ons met
zand en gruis tegemoet heuvelop.
Toch kwam de zon regelmatig door maar bleef het
dreigen en diende ook de eerste lekke band zich aan.
Fred was de gelukkige, en na een nieuwe binnen en
buitenband was hij 1 km verder nogmaals aan de
beurt. In totaal dienden er deze middag zeven lekke
banden te worden gewisseld.
Er stond een route van 80 km gepland maar door al
het oponthoud, en daardoor tijdsdruk, bleven we
steken op 60 km. En als je dan toch terug moet kun je
dat ook wel via een leuke klim doen. Gingen we in
het beging met regen de Gulperberg af, nu lag hij te
lonken in de zon. En aangezien ik toch tot kopman
was gebombardeerd volgde de rest trouw mijn
stuurbewegingen. En zo volgde na de klim naar
Elkenrade en de afdaling van de Eyserbosweg nog de
Gulperberg vanuit Partij. Een pittig klimmetje, met
hangen en wurgen kwam bijna iedereen fietsend
boven, bijna ….. één fietser met wat trainingsachterstand
stapte even af om van het uitzicht te genieten.
Bij terugkomst op het park werden verrast door,
banketbakster in opleiding, Thirza met een
eigengebakken appeltaartje, smaakte prima.
Vervolgens kon ondergetekende voor de tweede keer
een bandje wisselen en dus twee plakkers plakken.
Groot onderhoud was er voor fiets en fietser, de
Limburgse klei werd her en der tussenuit gepeuterd
en de schoenen konden te drogen worden gelegd.
Gertie Tellegen fungeerde dit weekend als
cameraman en had een kleine camera op de helm
geknoopt, alleen was die niet geheel waterdicht en
bleken de beelden van de eerste rit onbruikbaar. Van
de overige dagen zijn nog wel wat bruikbare beelden
beschikbaar en word t.z.t. nog iets leuks aan elkaar
geplakt. Want om nu een paar uur naar het gewiebel
en gedraai op Gert’s hoofd te kijken is ook niet erg
interessant.
Na de traditionele pastamaaltijd en een
wandeling om het park zaten we nog gezellig in
een van de huisjes maar doken velen al vlot
onder de wol, bang voor wat komen zou.
De zaterdag begon al een stuk beter met een
mager zonnetje en een graadje of 15. Tijdens
het ontbijt werd er door diverse mensen op de
slimmefoon gekeken of dat voorlopig ook zo
zou blijven, en dat deed het. Dus stond om iets
over tien, nadat er toch nog een regenbuitje
overgetrokken was, iedereen klaar voor de
koninginnenrit van het weekend. Jean had hij
mij een leuke route gestuurd welke ons door het
Belgische land zou voeren, met een elftal bekende en
minder bekende pittige klimmetjes.
Het eerste deel in zuidwestelijke richting hadden we
de wind op kop staan en op wat spetters na bleef het
verder droog en brak de zon zowaar regelmatig door.
Voor we het weten zijn we de grens over en fietsen
we even later over de drukke winkelstraat van Visé.
Iets verder zien we de A2 en de Maas en slaan wij
linksaf en krijgen de eerste serieuze klim van 1,5 km.
naar Richelle voor de wielen.
De slechte wegen zorgen ervoor dat je goed moest
opletten voor de valkuilen in het asfalt, toch blijft het
mooi fietsen, heuveltje op en heuveltje af. En dat
laatste gaat soms in vliegende vaart en dan kan het
zomaar gebeuren dat in het langgerekte peloton de
routeaanwijzingen niet goed doorkomen. De eersten
zijn de afslag al voorbij, ik stop bij de bewuste afslag
en draai de fiets in de juiste richting om niet in de
weg te staan en te waarschuwen, de achtervolgers
sturen vervolgens rechtsaf en trappen rustig door. De
route was dus linksaf en liep zo’n 20% omhoog, geen
wonder dat ieder zu\ijn eigen weg zocht.
Iets verder doemde nogmaals een muur voor onze
wielen op, voor enkelen een iets te zware hindernis
om die al fietsend te overbruggen. De dames haalden
de top wel fietsend.
Na een hele lange afdaling doemde Chaudfontaine
op, van het bekende watertje, en we hielden halt bij
het plaatselijke station en nestelden ons op het terras.
Hier werd de inwendige mens versterkt al was
vanwege de taalstrijd die hier nog altijd heerst niet
voor een ieder geheel duidelijk wat hij op z’n bord
kreeg. Liters koffie, cola, tosti’s en crêpes werden
naar binnen gewerkt om het tweede deel van de route
te kunnen volbrengen
Op de tonen van band op een naastgelegen podium
stapten we weer op de pedalen en kregen na een paar
honderd meter een klim van 2 km voor de wielen.
Niet iedereen was hiervan gecharmeerd en voelde de
crêpe of droge worst al weer naar boven komen.
Toch liep de klim wel lekker, hoogteverschil 140 m,
en hoefden we niemand op het bovengelegen kerkhof
bij te leggen.
De verschillen werden bij elke klim iets groter maar
na het keerpunt en met het windje in de rug verliep de
terugweg al iets vlotter. Deze middag vielen er
slechts twee bandjes te wisselen, wel twee keer
dezelfde. Bij de tweede wissel stonden we naast een
kerk en Arend had hier een kraan aan de kerkmuur
gevonden om de bidon bij te vullen. En als er één
schaap …….. blijkbaar was het heilig water en niet
voor fietsers bedoeld. Arend werd hierop
aangesproken door een lokale bewoner, zijn
talenknobbel was echter ontoereikend, hij verstond de
beste man totaal niet maar gezien de toon en gebaren
was het dus niet de bedoeling geweest.
Jean liet de route langs Abdij Val-Dieu lopen, en het
was niet tegen dovemans oren gezegd om hier even
een biertje te nuttigen. Het was er best wel druk maar
nog voldoende plek om een paar glazen kostbaar
vocht tot ons te nemen. De gebroeders Hamer
kochten nog een doosje bier voor in de avonduren
zonder zich af te vragen hoe dat mee terug te
vervoeren. Eshwin probeerde het doosje met zijn
shirt op het ligstuur te knopen, om een
ziekenhuisbezoek te vermijden werd hem dat
afgeraden. De flesjes werden uiteindelijk verdeeld in
de achterzakken van verschillende fietsers en hebben
die denk ik niet weer terug gezien.
Het laatste deel werd rustig teruggefietst, Rein zette
in Slenaken nog de eindsprint in voor de finale maar
kreeg niet mee dat er nog een bandje gewisseld moest
worden. Zo kon het gebeuren dat hij de longen uit
zijn lijf fietste en trots als een pauw als eerste
aankwam in het park, maar het nog een hele tijd
duurde voor de rest binnen druppelde.
Bennie Overbosch was tot nog toe verhinderd maar
arriveerde alsnog om de laatste avond en fietsdag
mee te maken. Na het welkomstdrankje op ons terras
en eenieder weer schoon en fris was konden we aan
het avondmaal. De dag werd daarna weer afgesloten
in een van de huisjes waar de dag nog werd
doorgenomen en veel oude koeien uit de sloot
werden gehaald. Nadat enkele bewoners aanstalten
maakten onder de wol te kruipen werd de hint
begrepen en dropen de gasten een voor een af.
De zondag was een beetje triest, de temperatuur
kwam niet boven de 15 graden en de groep fietsers
was met 10 man/vrouw ook bijna gehalveerd.
Diverse redenen, begrijpelijke en onbegrijpelijke,
werden aangevoerd om niet meer op te stappen.
Bennie liet zijn fiets liggen waar die lag, achter in de
auto, en nam na het ontbijt weer afscheid van ons.
Niettemin stond er weer een leuke route in de Garmin
en gingen we goedgemutst op pad. We beklommen
o.a. de Bemelerberg en de Cauberg, ik dacht hier nog
redelijk vlot naar boven te zijn gefietst maar dat bleek
bij nadere controle toch tegen te vallen. In 2010
fietste ik hier tijdens de Rabo Caubergclinic in 2.22
min. naar boven, nu was ik 30 sec. langer onderweg.
Blijkbaar de avond ervoor toch te veel doping tot mij
genomen.
We kregen nog een paar leuke klimmetjes
voorgeschoteld en uw reporter mocht nog tweemaal
een bandje wisselen alvorens het even begon te
regenen en we een bak koffie met vlaai tot ons
namen. We vroegen ons af of we met onze natte
billen wel op mooie stoeltjes in de toch wel chique
tent mochten plaatsnemen. Maar de bediening had
blijkbaar meelij met een stel uitgehongerde
wielrenners en voor we zaten stond de vlaai al op
tafel.
Het was inmiddels weer droog toen we weer
opstapten maar erg warm zou het niet meer worden
tijdens het laatste deel van de route. Als toetje en
afscheid van het Limburgse land werd in Wijlre de
afslag naar de Dode man genomen, en die werd door
een ieder fietsend bedwongen.
Daarna was het douchen, schoonmaken, inpakken en
wegwezen.
Al met al weer een prachtig fietsweekend en 260 km.
op de teller bijgeschreven, de 3600 hoogtemeters
voelde menigeen ook nog wel in de beentjes. Voor
herhaling vatbaar was de reactie van velen.
Erik en Jaap bedankt voor het organiseren,
ondergetekende heeft jullie met plezier voorgegaan
maar een volgende keer mag Jean wel weer een dagje
van de partij zijn, wel zo gezellig.
Arend Stegeman en Sander Pannekoek